De roze bril (zie einde blog één) verruil ik al snel voor een zonnebril. Er piept een heftig zonnetje door de winterwolken. Mijn boodschappenwandeling richting Spar verandert in een tocht langs kerk, jachthaven, stukje Kerkenpad en Assingastraat. Ik vind het moeilijk om de problemen van Ulrum te zien. Gisteren arriveerde ik via de Eelensterweg. Een en al prachtige kasten van huizen (herenboerderijen). En nu speelt de vrijheid me parten. Normaal sluit ik me onder werktijd op achter de computer. En nu mag ik ineens buitenspelen. Dus ALLES is mooi. Ja, er liggen niet veel boten aangemeerd hier, maar heb je die lucht gezien!
Ik ben weg van mooie ramen. Je hebt ze hier in alle soorten en maten. Rond, halfrond, met werkjes erin…
Maar ook andere kleine details die je onderweg zo tegenkomt. Tegeltjes/mozaïek.
Patronen met afwijkende steenkleuren of stucwerk.
Ik heb altijd het gevoel dat hoe meer verzorgde details een huis heeft, hoe meer liefde erin zit. Zie bijvoorbeeld deze muur waar de liefde vanaf spat:
En in dat geval zijn de mensen hier tamelijk verliefd op hun casa’s die doorgaans ook nog eens heel mooi en, mits bewoond, heel goed onderhouden zijn. Zie dit nou, bijvoorbeeld.
Maar toch komt er hier krimp. Vind ik moeilijk te bevatten. Op een halfuurtje rijden van Groningen, een stad vol werkgelegenheid heb je zo veel fantastische, relatief goedkope woonmogelijkheden. En toch trekken mensen weg.
Misschien is het wat veel om te verwachten dat ik met twee dagen bezoek aan Ulrum de wijsheid in pacht heb en zie ik alleen de kleine waarheid: mooi dorp.
Zie bijvoorbeeld ook deze foto. Ik zie zelfs nog de schoonheid van afval in het water. Maar misschien moet ik er ook maar gewoon over ophouden. Gisteren zei nog iemand met een dikke knipoog tegen me: “Het moet ook niet té veel mensen duidelijk worden hoe fijn het hier wonen is. Straks kunnen we de toeloop niet aan.”
De omgeving dan nog. Een autoritje door de polders. Eerst lief klein met kronkeldijken en schapen…
en weer van die paleizen die voor herenboerderijen door moeten gaan.
Daarna de nieuwere polders.
De wens om meer te zien is zeer aanwezig maar Pand Luth gaat bijna open (zie ook: fotoblog). Dus het wordt een korte wandel en een snelle blik op het wad. Ik ben gek van wandelnetwerken en –routes en gelukkig parkeer ik mijn auto, geheel toevallig, precies bij een knooppunt…
en kan ik heel even gebruik maken van het Waddenwandelen Netwerk. Meer dan twee/drie kilometer is het niet geweest.
Terwijl er hier dus 1200 (!!!!!) kilometer aan mooie paden ligt. Te gek. En wat een kansen biedt zo’n netwerk aan de regio. Het Waddengebied is bloedmooi (dat is het al jaren natuurlijk) maar nu ook beter ontsloten. Kleuren, uitzichten, wind, wind, wind en hier en daar een vogel. Het uitzicht is heel indrukwekkend. Zelfs als je het maar een minuutje of vijf bekijkt vanaf de dijk…
met windkracht 180 en waaihaar.
PS: Nog even over die herenboerderijen. Ja, dat ziet er voor mij al buitenstaander uit als pure welvaart, maar ik hoor in de loop van de dag dat de rijke boeren vroeger hun fantastisch prachtige huizen sloopten om ze te vervangen voor wat nieuws dat handiger was. Wat ik, direct de eerste keer dat ik Ulrum binnen rijd, zie als een teken van rijkdom, is een tegelijk een teken van geldgebrek. Staat mijn complete Ulrumbeeld zo op de valreep helemaal op de kop.
En als mijn allereerste indruk al niet klopte, hoe zit het dan met indruk twee, drie en vier? Ik had mijn (positieve) meningen over Ulrum gelijk paraat, maar zo snel ben je er niet uit met Ulrum. Er zit niks anders op. Ik moet hier wel terugkomen om uit te zoeken hoe het hier nou echt zit. Nu al zin in. En tot die tijd, ga ik me maar eens wat meer verdiepen in de achtergronden van Ulrum. Bijvoorbeeld via deze site met o.a. info over historisch Ulrum.
Ooooohhhh, dank voor de foto’s van die ramen Sonja… ik ben meteen geinspireerd door de vormen en zie mezelf vanmiddag al stempels snijden of sjablonen maken met die patronen, om in mijn art journals terug te laten komen…. en dan die omgeving: water, polders, hoge luchten en wind… wat wil een mens nog meer?! Maar ja, achter ‘de buitenkant’ zit altijd meer dan je dacht, zoals je op het eind al opmerkt… maar het is een prachtig dorp, buiten kijf!