Wie door een rond raam kijkt ziet vicieuze cirkels.* Daar zijn de Ulrummers zich terdege van bewust en dat is dan ook de reden waarom ze gasten van buiten uitnodigen die vanuit een ander perspectief meekijken naar de leefbaarheid en levensvatbaarheid van Ulrum.
Het projectplanjaartal van 2034 is ook niet uit de lucht komen vallen. Het geeft de hele onderneming 15 jaar de tijd om tot bloei te komen, maar minstens zo waardevol – zij het symbolisch – is dat het dan 200 jaar is na de Afscheiding. Met een hoofdletter jawel. De Afscheiding staat voor een schisma: een geschil binnen de Hervormde kerk dat leidt tot een breuk waarna de Gereformeerde kerk ontstaat. Over de religieuze inhoud daarvan zult u mij niet horen, ik heb er hoegenaamd geen verstand van. Ook duizelt het me telkens als ik probeer te herleiden welke re-her-re-geher-formatie hoort bij welke periode en wat dat betekent. Liever richt ik me op de verhalen. Verhalen horen vertellen, dat is wat mensen boeit en daar is ook in het Ulrum van nu beslist een markt voor, zo getuige de site van Ulrum1834.
Blikvelden
Ik beeld me in hoe het in het jaar 1834 voor een ingekwartierde soldaat voelt om vanachter zo’n typisch Gronings rond raampje op wacht te staan. Spannend, saai, sensationeel… van dat alles een beetje vermoed ik. Het lijkt me wederzijds ongemak: een boerengezin dat plots een wildvreemde bewapende man over de drempel krijgt geschoven, en een soldaat die orde en rust moet afdwingen zonder te weten of het gezin bij wie hij ’te gast’ is hem goed- of kwaadgezind is. Ik fantaseer er een jonge boerendochter bij, zo eentje die tot achter haar oren bloost nu ze haar stille wens *ik wou, ik wou, ik wou… dat er eindelijk eens iets gebéurde in dit dorp* in vervulling ziet gaan.
Hoe standvastig is dominee Hendrik de Cock wel niet tijdens zijn drie maanden durende gevangenschap. Een omstandigheid die in 1834 geen pretje kan zijn. Ik hoor rammelende kettingen, gekrijs van ratten en ik voel het jeuken bij de gedachte aan een van luizen en vlooien vergeven stromatras. Koud, klam en een chronisch tekort aan raampjes zo stel ik me zijn dagen voor. Al met al een hele beproeving.
Dat is het ongetwijfeld ook voor Marten Douwes Teenstra die precies dat jaar terukeert uit de tropen. Wat zal hij het koud gehad hebben! Tijdens zijn reizen heeft hij kans gehad om letterlijk en figuurlijk door veel verschillende raampjes te kijken. Verklaart dat ook de felheid waarmee hij tekeergaat tegen De Cock en de Ulrummers die nu zijn dorpsgenoten zijn, of is het zijn aangeboren Groningse eigengereidheid? Interessant is het wel.
Wandel je rijk
In het Ulrum van toen, net als in het Ulrum van nu, stikt het van de levensgeschiedenissen en met de gebeurtenissen uit 1834 heeft Ulrum een unicum in handen waar beslist méér uit te halen valt. Er is al een geweldige aanzet gemaakt door de diverse werkgroepen en publicatie van het aardige foldertje ‘Wandelroute door het Ulrum van 1834’ is een goede aanvulling. Het enige dat eraan ontbreekt is een welbespraakte gids. Zo eentje als Maurits Burgers bijvoorbeeld, rasverteller met Groningse roots die in Den Haag allerlei interessante wandelingen verzorgt en – niet onbelangrijk – zichzelf daarmee een inkomen verschaft. Als ik mijn fantasie twee minuten laat stromen bedenk ik er naast de kerkhistorische wandeling zo nog drie wandelingen bij: natuurhistorisch, cultuurhistorisch en dan ook nog eens modern-historisch oftewel ‘een wandeling die ruimte biedt aan de verhalen van vandaag’. Is er niet een charmante Ulrummer te vinden die dit toeristische gat in de markt wenst te vullen? Geloof me als ik zeg: Ulrum is het waard om verteld te worden.
Mooie bijkomstigheid is dat elke wandelaar wel prijs stelt op een paar handgebreide wollen ulrums. Zo zie ik het retrohippe afstudeerproject van de allereerste gast van DeelnUlrum, Elize Rietberg alsnog een hoge vlucht nemen. Begin maar weer blauw te breien dames, verdien het voor Ulrum!
* Wie door een rond raam kijkt ziet vicieuze cirkels. Haags-Ulrums spreekwoord ter plekke door mij verzonnen.
Wordt vervolgd.
Wat een mooi blog heb je geschreven Anne. Ik moet maar eens naar Ulrum, waar ik overigens als geboren Groninger (Stadjer) nooit ben geweest. Dank voor je fraaie aanbeveling.
Wat een fraai blog heb je geschreven Anne. Ik moet maar eens naar Ulrum, waar ik overigens als geboren Groninger (Stadjer) nooit ben geweest. Dank voor je fraaie aanbeveling.
weer een mooi blog ik hou hier van
Vgr Theo Che Vroomans